De geschiedenis van de binnenvaart is voor mij een uit de hand gelopen hobby. Het begon met het zeilen als schipper op de “Vrouwe Francina”, de tjalk van het ZVIH in Andel. In het begin nog met en luikenkap en zonder motor. Wie kan er nog opscheppen dat hij met een tjalk zonder motor de Waal opgekruist heeft? Ik, en vele van mijn generatiegenoten bij het ZVIH.
Het virus had me daarna goed te pakken. Tussen mijn school- en diensttijd heb ik een jaar gevaren op de Rijnvaart, op een Dortmunder van de Nieuwe Rijnvaartmaatschappij (of, voor insiders, de “Wijkdienst”). Mijn afstudeerscriptie geschiedenis ging over de overgang van zeil naar motor in de binnenvaart. Daarover heb ik verscheidene artikelen gepubliceerd. De meeste zijn niet online, dus ik heb ze zelf de afgelopen jaren online ontsloten. Kies de artikelen – liefst in de volgorde waarin ze in het menu staan – uit het menu onder het kopje binnenvaartgeschiedenis.
Ik ben lid van de Landelijke Vereniging tot Behoud van het Historisch Bedrijfsvaartuig, de LVBHB. Van 2004 tot 2014 heb ik de website van die vereniging bijgehouden. Ik heb ook de schependatabase (het BHS) van de LVBHB opgezet en ik heb een op maat gemaakte ledenadministratie gemaakt, die van 2002 tot 2015 in gebruik geweest is.
Klik op Binnenvaartgeschiedenis in het menu hierboven om de twee subcatgorieën en vijf artikelen in deze categorie te zien.
Het lijkt volledig ten overvloede, maar ik zet boven ieder artikel mijn naam. Waarom? Omdat ik januari 2018 plotseling een artikel van mezelf terugvond in “De Binnenvaart”, het blad van de Vereniging De Binnenvaart. Als auteur stond er boven “Door Redactie Binnenvaart”. Woord-voor-woord gestolen! Toen ik ze daar op aansprak kreeg ik als reactie: “Oh, sorry, we hadden het van het Internet gehaald, en er stond geen naam bij.” Ja-ja. Rippen, heet dat. Maar goed, om dat soort “misverstanden” te voorkomen zet ik nu maar overal mijn naam bij.
(Update: in het maartnummer van 2018 van De Binnenvaart is een keurige rectificatie gezet. Maar die namen staan er nu al, en dat blijf ik maar doen.)